De “dekselse” Evert Ten Napel

Mart Smeets mag dan zijn manco’s hebben, belegen en saai zal hij niet gauw worden. Nee, neem dan zijn collega Evert ten Napel. Al jaren heeft zijn commentaar met zijn opeenstapeling van gemeenplaatsen, een groot irritatiegehalte voor menig voetballiefhebber. Neem een willekeurige fase in een voetbalwedstrijd en “ClichEvert” (helaas niet zelf verzonnen) of Zevert (vast ook geen noviteit) zou het volgende kunnen uitbraken:

De “granieten” verdediger pakt de bal met een “puike” sliding af. Wat een “mannetjesputter” is dat toch. Maar ja, zijn vader was dan ook mijnwerker, dus zoonlief deinst evenmin ergens voor terug. Wist u trouwens dat zijn zus ooit op hoog niveau heeft gespeeld in Griekse volleybalcompetitie? Hij schuift de bal op naar een medespeler. Die legt een tegenstander “in de luren”. Wat een groot talent is dat toch. “Dat wordt vast een hele grote”. Hij passt verder naar de “geslepen” spits vlak voor de zestien. Die ziet een gaatje en daar doemt de linksbuiten “als een duveltje uit een doosje” op. Helaas, diens schot beland op de “deklat”. Maar wat een “rasvoetballertje” is dat toch, met zijn “katachtige” bewegingen.

Bron: blauwgeler.nl

Onbegrijpelijk dat ze Hugo (‘komt dat schot’) Walker er wel hebben uitgegooid en Evert niet. Hugo had tenminste maar 1 cliche, en dat was meestal nog waar ook. Hoe lang moeten we nog blijven luisteren naar de bakkerszoon uit Klazienaveen?

4 gedachtes over “De “dekselse” Evert Ten Napel

  1. De allerbeste is/was natuurlijk John van Vliet, heerlijk dat lijzige stemgeluid. En Ronald van der Geer (radio), dat is pas een geestige kerel! Al doet hij nu hij bij Studio Sport zit heel erg zijn best om serieus over te komen.

  2. Heb hier nog eens een tijdje over zitten nadenken. Ik denk dat ik de clichés van Ten Napel eigenlijk helemaal niet zo erg vind. Voetbal is toch ook een clichésport ten slotte.

  3. Beste J
    Een belangrijk aspect zie je naar mijn idee over de kop nl. het verschil in kwaliteit in het cliché. In de kern is vrijwel iedere sport een cliché. Wat te denken van lopen (of fietsen). Het maakt ook nogal wat uit om naar bewegingen van voetballers van de onderafdeling van de Brabantse Bond te kijken, waarbij de vreugde van het spel uitsluitend bij de deelnemers ligt of naar wereldvoetballers. Het verschil zit hem dus in de uitvoering of zoals je wilt het niveau, die soms de status van verheven kunst bereikt. Ten Napel blijft op zijn gebied steken op het (spreek-)niveau Brabantse onderafdeling. Wie heeft die man ooit binnengehaald? Het moeten barre tijden zijn geweest!

Geef een reactie op J Reactie annuleren